[Column] Dè es so! Van Badhuis tot Berendonck

Nathalie
7 april 2019
Toen ik eind vorige eeuw in Nijmegen Engels ging studeren, ontkwam ik natuurlijk niet aan de schrijver der schrijvers, William Shakespeare. En wanneer je nog niet zoveel kaas hebt gegeten van zijn krachtige taal vol poëzie en beeldspraak dan klinkt deze ietwat koeterwaals in de oren. Om de beste man en zijn boodschap toch te begrijpen, nam onze docent ons mee naar een moderne versie van Macbeth, opgevoerd door TeJAter TeNEEter in Het Badhuis aan de Daalseweg.

Ondanks het feit dat de naam van het pand diens voormalig functie aardig verklapt, heb ik daar destijds gek genoeg geen moment bij stilgestaan. Waarschijnlijk ook omdat het interieur me aan niks deed herinneren aan die tijd en ik vanaf de start van het toneelspel direct werd meegezogen in de voorstelling.

Dit alles speelde zich af in de tijd dat Leonardo DiCaprio ‘Romeo en Julia’ nieuw leven inblies via het witte doek. Ik was er bijzonder van onder de indruk en ook van het verhaal ;) Een eigentijds jasje blijkt vaak te zorgen voor een intensere beleving van de boodschap dan de originele vorm ooit trachtte te doen. Uiteraard komt dit vervolgens vandaag de dag de populariteit en cashflow van de commerciële industrie alleen maar ten goede.

Leerlingen zijn soms verbaasd wanneer ik ogenschijnlijk de songteksten van ‘huidige’ hits beter beheers dan zij. Wanneer ik probeer uit te leggen dat dit lied al voor hun komst op aarde grijs werd gedraaid, kan ik een glazige blik verwachten. Herkenbaar, want eenzelfde blik krijg ik zo nu en dan nog steeds bij mijn uitleg van complexere grammatica.

De Macbethvoorstelling waar onze docent ons destijds mee naartoe nam, was een fantastisch schouwspel inclusief rookmachines. Op het podium was sprake van moderne oorlogvoering met mitrailleurs in plaats van het ouderwetsere wapentuig en men had contact met het legioen middels mobiele telefoon mét antennes. Het was per slot van rekening het eind van de jaren negentig toen dit spektakel zich voltrok. Op de tribune zat ik op het puntje van mijn stoel en waande me even onderdeel van dit slopende slagveld.

De hierboven beschreven scène stond in schril contrast met de rust en reinheid die het badhuis van weleer aan haar bezoekers bood. Dat het badhuis pure noodzaak was voor de Nijmeegse bevolking moge duidelijk zijn. In een tijd waarin de meeste (arbeiders)woningen nog geen bad of douche hadden, volstond de zinken teil niet voor de allergrootsten en daarom bouwde de gemeente Nijmegen in 1927 het Badhuis aan de Daalseweg.

Genderneutraliteit had haar intrede nog niet gedaan, dus bij binnenkomst dienden de seksen zich te scheiden. Binnen hadden zij slechts acht badkuipen en zeventien douches tot hun beschikking. Voor een stortbad moest men in het guldentijdperk 20 cent betalen en voor 15 cent meer, kon men zich heerlijk warm laten onderdompelen in een kuip. Achteraf gezien was het aanbod niet overvloedig voor het inwoneraantal, maar men hield er hoogstwaarschijnlijk andere hygiënische standaarden op na dan tegenwoordig.

Heden ten dage is Het Badhuis geen noodzaak meer, maar wel een rijksmonument en thuisbasis van een andere theatergroep, Kwatta. Wanneer je je nu wilt laten onderdompelen dan kun je naar de Thermen Nijmegen gaan, waar je in tegenstelling tot het oude Badhuis wordt verwacht schoon je intrede te doen.

Helaas neemt in onze hectische maatschappij de stress steeds verder toe en dus ook de vraag naar ontspanning en daarom opent binnenkort het grootse Thermen Berendonck haar deuren. De afbeeldingen op de website suggereren Fata Morgana-achtige sferen en aangezien ik nog in sprookjes geloof, laat ik me graag betoveren.

Houje!



Meer columns van Nathalie lezen? Lees hier de voorgaande column. 

Dit bericht delen:

Advertenties