Hoe vaak het Q(uarantaine)-woord (oorspronkelijk een Italiaanse, medische term ten tijde van de 14de-eeuwse pestepidemie) momenteel wordt gebruikt, daar heb ik ondertussen de pee in. Daarnaast kan een abcd’tje worden gemaakt met alle nieuwe woorden die sinds de corona hun intrede hebben gedaan. Want hoeveel mensen zijn er in deze Anderhalvemetersamenleving al niet bij elkaar op Balkonbezoek gegaan om op afstand elkaars Coronakapsel te bewonderen zonder risico te lopen op een Druppeloverdracht? Maar langzaamaan leken de maatregelen gelukkig weer te kunnen worden versoepeld.
Halverwege oktober bleek echter uit de persconferentie van premier Rutte en Pabo de Jonge dat een gedeeltelijke lockdown onvermijdelijk is en lijken we weer terug bij af. Ondanks alle kuchschermen, gastregistraties en geplande teststraten, moet ook de horeca het nu weer flink ontgelden. Of moet ik de reca zeggen? Aangezien het hotelwezen deze keer weer de dans lijkt te ontspringen.
Omdat Reca als definitie tot op heden enkel de betekenis heeft van een allochtone gemeente in de Slowaakse regio Bratislava, introduceer ik ‘reca’ graag als nieuw woord in de betekenis van restaurants en cafés. Taal leeft immers en heeft soms een duwtje in de rug nodig om te worden beloond met een plekje in de Dikke Van Dale. Zoals ook de reca een steuntje en een beloning kan gebruiken.
Daarom stel ik voor dat iedereen de komende tijd lekker thuis uit eten en drinken gaat door rechtstreeks een afhaalbestelling te doen bij zijn favoriete Nijmeegse reca. Dus niet via een tussenplatform, maar gewoon even face to face zodat je hen een hart onder de riem kan steken, zowel emotioneel als financieel. Samen sterk voor de reca. Free the piepers!
Santé!
Meer columns van Nathalie lezen? Lees hier de voorgaande column.